Als de hond vierkant wordt

“Anne schat, Rakker heeft daarstraks ook al wat lekkers van jou gehad. Die wordt vierkant als je zo doorgaat. Elke dag krijgt hij een dubbele portie brokken en handen vol koekjes van je.” In haar reactie loopt Anne rood aan. Ze is laaiend. “Ik geef hem nooit iets dubbel, dat doe je zelf Jaap. Nu doe je net alsof je zelf nooit iets vergeet en het altijd aan mij ligt. Ik ben niet gek!”. De stemming is gezet voor vandaag.  

Kissebissen over en weer over kleine dingen komt in de beste huizen voor. We ergeren ons sneller aan elkaar als we slecht hebben geslapen of bijvoorbeeld druk zijn met verantwoordelijke taken waar enige stress bij komt kijken. U herkent het vast. Toch is hier iets meer aan de hand. 

Anne en Jaap zijn inmiddels al 53 jaar samen. Het gekibbel gaat bij hen anders dan vroeger, want er is dementie in het spel. Na een opmerking van Jaap schiet Anne in de verdediging. Door de overprikkeling werkt haar brein minder goed en dat maakt haar extra boos. Jaap voelt zich op zijn beurt schuldig, machteloos en eenzaam tegelijk. Hij weet inmiddels wel dat hij haar niets moet verwijten. Hij is nu de regisseur van haar stemming, maar dat valt hem zwaar.  

De bereidheid om je continu aan te willen passen als je naaste dementie heeft, begint met een enorme dosis liefde voor de ander. Daarnaast met het accepteren van de aanwezigheid van ziekte. Bij een dergelijk rouwproces, vind je normaliter steun bij elkaar in de moeilijkste momenten. Maar als door schade aan het brein het ziekte-inzicht en inlevingsvermogen van je naaste is verminderd, sta je gevoelsmatig alleen in dat proces. 

Anne kreeg afgelopen zomer de diagnose dementie, bij de geriater in het Deventer Ziekenhuis. Die dag heeft ze bewaard als een donkere dag in haar emotionele geheugen. Het woord dementie is voor haar onbespreekbaar en daardoor helaas niet te gebruiken als excuus voor alles wat minder goed gaat. Ze klampt zich logischerwijs vast aan het deel van haar brein wat nog werkt als vanouds. Zo wil ze ook gezien worden. Ze voelt zichzelf dezelfde Anne als voor de zomer. Even slim en gevat als altijd. Ze praat gemakkelijk, vooral over haar werkzame leven en over de tijd dat de kinderen klein waren. Herinneringen die soms zelfs voelen als gebeurtenissen die vandaag plaatsvinden.  

Inmiddels is de knop om bij Jaap. Door extra complimenten die hij haar geeft voelt Anne zich meer gezien en gewaardeerd als mens. Het huishouden en ook de tuin heeft Anne nog altijd goed in de vingers en dat maakt haar trots. Jaap legt vanaf nu geen zout meer op elke slak. De taken die moeilijker zijn verschuiven langzaam en onopgemerkt zijn kant op, zonder al teveel morren. Het vertrouwen in haar man komt terug bij Anne. Ze voelt zich veiliger, slaapt beter en zoekt zelfs weer wat vaker fysiek contact. Voor het ‘brokken-probleem’ heeft Jaap een creatief gedoseerd systeem bedacht. Wat een kanjer! 

En Rakker is nog altijd even vrolijk en blij. Helemaal als Anne de koektrommel pakt. Die mag elke dag leeg.